Is het 'open huis dagen' of 'openhuisdagen'?

Je schrijft 'openhuisdagen'. Het is een samenstelling die bestaat uit twee zelfstandige naamwoorden ( huis en dagen) en een bijvoeglijk naamwoord (open). De regel is dat je ze zo veel mogelijk aan elkaar schrijft. Bijvoorbeeld: vrijetijdsbesteding, eigenwoningbezit, openhartoperatie, openhuisdagen. De regels kun je o.a. nalezen in het Groene Boekje of de Schrijfwijzer van Jan Renkema.