Er is hier sprake van woordcombinaties met een voorzetsel. Dan gelden de volgende regels: -Je schrijft een voorzetsel aan een voorafgaand woord vast als het een 'los' voorzetsel is en niet hoort bij een werkwoord of zelfstandig naamwoord. -Staat er geen zelfstandig naamwoord achter het voorzetsel, dan schrijf je het voorzetsel vast aan het bijwoord